Twee personen moesten zich vandaag voor de rechter verantwoorden voor hun aandeel aan de coronarellen in Den Haag op 12 november. Toen werd er geweld gepleegd tijdens en na de coronapersconferentie van premier Rutte en minister De Jonge. Rondom de Turfmarkt ontstonden toen ongeregeldheden.

De eerste verdachte, een 48-jarige man uit Rotterdam, gooide op de bewuste avond zwaar vuurwerk in een groep mensen. De man zegt dat hij niet wist dat het vuurwerk was, hij dacht dat hij een fakkel in zijn hand geduwd had gekregen.

Maar de officier van justitie geloofde niets van die vergissing: een fakkel en vuurwerk zien er toch echt heel anders uit. "En op een fakkel staat niet in grote letters 'Cobra 6' geschreven." Justitie eiste 8 maanden cel waarvan 4 voorwaardelijk. De politierechter deed meteen uitspraak en legde 4 maanden cel op waarvan 2 voorwaardelijk.

Journalist bedreigd

De tweede verdachte die voor de rechter moest komen is een 53-jarige Amsterdammer die een journalist had bedreigd. Na de rellen had de journalist een filmpje op Twitter geplaatst waarin werd getoond wat er rondom de Turfmarkt was aangericht. "De schade van vanavond: de koffietent was nog maar pas geopend. In het filmpje ook het formaat van de bakstenen." Nog diezelfde avond werd er gereageerd: "Je bent een nsbr en we weten je te vinden kankerhond".

De verdachte werd in januari aangehouden. Hij zei niets te weten van de bedreiging dan wel belediging, dat misschien iemand anders op Twitter zijn naam en foto gebruikte. De officier van justitie vond die verklaring ongeloofwaardig en eiste 8 weken cel waarvan 4 voorwaardelijk. De politierechter legde 4 weken cel op, waarvan 25 dagen voorwaardelijk, alsmede een contactverbod met de journalist.

Onderzoek loopt nog

De eerste verdachte, die van het vuurwerk, kon in januari worden opgepakt na analyse van camerabeelden van die avond. Andere relschoppers worden nog steeds gezocht. Het onderzoek naar deze en latere ongeregeldheden loopt nog.